Genetische diversiteit zorgt ervoor dat een ras kan blijven voortbestaan en dat juist een gebrek aan diversiteit voor meer gezondheidsproblemen gaat zorgen. Hoe groter de genetische diversiteit van een hondenpopulatie, hoe beter ze zich kan aanpassen aan epidemieën, vervuiling, klimaat en ziektes. Fokkers mogen niet de fout blijven maken om te elimineren op basis van een bepaalde kleine afwijking of afwijkend kenmerk. Een hond (welk ras dan ook) die bij wijze iets te groot of te klein is volgens de rasstandaard en dit is het reglement dat de keurmeester gebruikt om te beoordelen in hoeverre de hond het ideaalbeeld benadert en nu niet meer ingezet voor de fok. Een hond met bewijze van spreken een slap oortje of verkeerd “tandje” wordt niet meer geselecteerd voor de fok. Deze handelswijze (voorbeeld) heeft negatieve gevolgen voor de diversiteit van de populatie.
De taak om een grotere genetische diversiteit te creëren is iets waar iedere rasvereniging binnen de gehele kynologie voor hoort te staan. Het is positief dat hier werk van wordt gemaakt bij steeds meer verenigingen. Verbetering is echter een traag proces. En daarbij het gaat het om levende wezens die moeten groeien en zich voortplanten vooraleer je het resultaat kan evalueren. Een langzaam proces dus maar wel een taak om na te streven als vereniging.
We zijn in contact gegaan met Dogs Global die geleid wordt door Dr. ir. Pieter Oliehoek (PhD)Scientific Director & Software developer Zijn wetenschappelijk onderzoek heeft uitgewezen dat door goed te letten op stambomen en door bij te houden welke dieren nakomelingen hebben, je verder kan fokken en toch genetische diversiteit kan behouden. Je hebt een instrument nodig om het juiste dier te vinden waarmee je nakomelingen wil krijgen. De fokker moet echt weten hoeveel nakomelingen een bepaald dier gehad heeft, en in welke mate een dier een bijdrage kan leveren aan diversiteit van het ras. Die informatie is op dit moment verspreid over databases in diverse landen over de hele wereld. Alleen als je die koppelt en vervolgens de juiste analyses uitvoert, kan je met een gerust hart fokken.
Dogs Global heeft een instrument gecreëerd precies wat fokkers nodig hebben om op een goede manier rashonden te fokken. Meer informatie hierover Kunt u terug vinden op de website van Dogs Global www.dogsglobal.com
Het is van groot belang om de stambomen zo ver mogelijk terug te voeren. Het liefst tot de FOUNDERS van ons ras. Wanneer je de werkelijke inteelt van een combinatie wilt berekenen, moet je dat doen over alle generaties. Berekeningen over 5, 6 of 7 generaties geven een totaal vertekend beeld. Dit komt omdat de berekeningen niet zijn doorgegaan tot de founders. De inteelt van generaties terug telt namelijk op bij de generaties daarna.
De B.T.R.N. is een samenwerking met DOGS GLOBAL aangegaan en we zijn met een onderzoek naar het genenbestand van de Bull Terrier begonnen.
De eerste stap was naar de Raad van beheer en we hebben de mogelijkheid gekregen van de Raad van Beheer om het gehele bestand van de Bull Terrier (vanaf 1897) in het programma van Dogs Global te verwerken. De Raad van Beheer is zelf ook benieuwd naar de mogelijkheden en staat hier zeer open voor.
De Bull Terrier is een wereldwijd ras met vele invloeden vanuit het buitenland en juist hier bied zich de oplossing van de gezondheid aan.
Natuurlijk speelt het moederland (Engeland) van de Bull Terrier de grootste rol naar de Founders en was het daarom niet meer dan logisch om in contact te gaan met de Engelse kennelclub. We zijn het gesprek aangegaan met Dr Joanna J.Ilska, Genetics Research Manager van de kennelclub.
Ook de Engelse Kennelclub stond open voor ons verzoek om data en is zeer geïnteresseerd naar de mogelijkheden. Dit resulteerde in een zoomgesprek. Dit gesprek werd gevoerd met Dr Joanna J. Ilska Genetics Research Manager en Bill Lambert Health Welfare and Breeder Services Executive van de Engelse Kennelclub – dr. Ir. Pieter Oliehoek en Cathrienke Brand (secretaris) van Dogs Global – Leo de Bruin (G.C – B.T.R.N) en de secretaris van de B.T.R.N..
In het gesprek legde dr. Ir. Pieter Oliehoek uit hoe DOGS Global een programma had ontwikkelt die de vooruitgang voor ieder ras kan betekenen en zoals gezegd ook de Engelse Kennelclub is hier in geïnteresseerd. Alhoewel Dr Joanna J.Ilska en Bill Lambert zeer sceptisch in het begin van het zoomgesprek waren raakte zij gaandeweg het gesprek en de uitleg van dr. Ir. Pieter Oliehoek zeer positief over de mogelijkheden die Dogs Global bied.
We hebben vervolgens uitgelegd waar wij graag als vereniging naar toe willen en wat we nodig hebben van de Kennelclub. We hebben de mogelijkheid gekregen van de Kennelclub (waarvoor natuurlijk grote dank) om alle stamboeken in te scannen en terug te gaan naar 1873 en deze gegevens te verwerken in het software programma.
In het kort:
Met het onderzoek willen we gaan vastleggen:
Het in beeld brengen van de genetische diversiteit binnen ons ras Dit zo compleet mogelijk, startend bij de founders. Genetische diversiteit binnen een gesloten populatie is nooit meer divers dan die van de founders van het ras. De founders zijn de honden waar alle nakomelingen binnen een ras van afstammen. Omdat de diversiteit binnen een ras nooit meer kan zijn dan deze unieke founders, is het beter wanneer je 100 founders aan het begin van een ras had staan dan bijvoorbeeld 20. Bij 100 founders fok je verder met de unieke genen van 100 individuen en met 20 heb je maar 20 unieke genen voor je ras.
Wanneer we praten over genetische diversiteit is het belangrijk dat we ook praten over inteelt en verwantschap. Bij het uitrekenen van de genetische diversiteit gebruiken we de verwantschap. Hoe meer genetische diversiteit er is binnen een ras des te minder verwant de dieren aan elkaar zijn. Hoe minder verwant dieren aan elkaar zijn des te lager de inteelt is. Wat belangrijk is om te realiseren, is dat inteelt niet direct zorgt voor te weinig diversiteit. Wel is het zo dat gebrek aan genetische diversiteit zorgt voor een verhoging van de inteelt. Hier bestaat veel misvatting over
De stap naar de Kennelclub
Om meer licht te werpen op de gepaard gaande problematiek hield populatiegeneticus Pieter Oliehoek op uitnodiging van de B.T.R.N. op 26 juni 2022 een lezing over dit probleem. Er is uitgelegd wat we precies gaan doen bij de Kennelclub van Engeland
Op dit moment wordt er bijna niets gedaan om de genetische diversiteit binnen hondenrassen daadwerkelijk te behouden of te vergroten. De belangrijkste reden is: je kunt niet detecteren welke honden meer bijdragen aan de genetische diversiteit van het ras als geheel. Dit is wat Mean Kinship met zich meebrengt: het identificeert individuen die zullen helpen bij het in stand houden van genetische diversiteit. Zonder Mean Kinship zou dit niet mogelijk zijn. Om een populatie divers te houden, moet je de hele populatie analyseren; je kunt niet zomaar twee honden testen en verwachten te weten welke impact ze zullen hebben op de populatie als geheel.
We hebben met een aantal mensen en met behulp van de kennelclub zoveel mogelijk informatie bij elkaar gevonden over het ontstaan van de Bull Terrier. We hopen natuurlijk dat dit onderzoek een dusdanig resultaat gaat opleveren dat we dit kunnen gaan gebruiken in het software programma van Dogs Global zoadat het duidelijk gaat worden hoe ons ras er werkelijk voorstaat.